Wij hebben kittens !!!

De Noorse Boskat is een imposante kat met een prachtige, dikke vacht en een weelderige pluimstaart. Die vacht is wel zijn meest opvallende (ras-) kenmerk: het is een dubbele vacht met gladde, vettige dekharen die waterafstotend zijn en een dichte, wollige ondervacht die goed isoleert. Zo is de kat bestand tegen zowel regen en sneeuw als extreme kou.                             De langere haren bij nek, hals en borst vormen een indrukwekkende kraag en bef, maar ook op andere ‘kwetsbare’ plaatsen heeft de Noor een extra harige bescherming tegen weer en wind: flinke haarpluimen in en op de oren, “knickerbockers” aan de achterpoten en zelfs haren tussen de voetkussentjes - sneeuwschoenen genoemd - die tevens een betere grip geven in de sneeuw.

Opmerkelijk is dat de meeste Boskatten in het voorjaar hun ondervacht verliezen, zodat ze er in de zomer uitzien als een korthaarkat; alleen de dikke pluimstaart verraadt dan nog hun ras. Een verklaring hiervoor zou zijn dat Noorwegen aan de warme golfstroom ligt, waardoor de zomers erg mild zijn ten opzichte van de lange, strenge winters.

De vacht kan alle natuurlijke kleuren en patronen hebben, met en zonder wit, met uitzondering van de pointskleuren en –patronen, zoals bij Siamezen. Heel bijzonder, vooralsnog alleen bekend bij de Noorse Boskat, zijn de vachtkleuren amber en licht amber.

De Noor heeft een driehoekig gevormde kop met een krachtige kin. Het profiel is recht zonder knik of stop met een licht afgerond voorhoofd. De oren zijn groot, met een brede basis, en staan rechtop; ze zijn zo geplaatst, dat ze de driehoekige lijnen van de kop volgen. De amandelvormige ogen staan naar buiten toe iets omhoog en zijn goed open, waardoor de kat een alerte en expressieve blik heeft.

Boskatten zijn forser en zwaarder dan de gemiddelde kat: katers variëren in gewicht van 6 tot 9 kg, de poezen zijn meestal wat kleiner en wegen tussen 3,5 en 6 kg.

Het lichaam is vrij lang, gespierd en heeft een stevige botstructuur. De kat staat hoog op de poten, die grote ronde voeten hebben. De achterpoten zijn wat langer dan de voor-poten, waardoor hij extra sprongkracht heeft.

De lange staart reikt, over de rug gelegd, tot minstens aan het kuiltje tussen de schouderbladen en is dik en weelderig behaard (een prima dekentje tijdens het slapen!)

Al met al is de Noorse Boskat perfect aangepast aan de natuur waar hij vandaan komt en geeft een bijzondere, boeiende aanblik: hij presteert het om er tegelijk natuurlijk wild én fantastisch fraai uit te zien…

De Noorse Boskat is een natuurras, in de loop van eeuwen door Moeder Natuur zelf gevormd in het ruige en ijzige Noorse klimaat. De hele bouw van deze kat is afgestemd op het (over-)leven in de wilde natuur. Hij heeft geen mensen nodig gehad om zo te worden en heeft ook geen mensen nodig om hem te verbeteren en te ‘cultiveren’ – hooguit om hem te helpen zo te (kunnen) blijven: de ‘wilde’ sprookjeskat uit de bossen!